Škoda is begonnen met de productie van nieuwe benzinemotoren die lichter, efficiënter en emissiearmer zijn. De nieuwe motoren met directe injectie zullen worden gebruikt in modellen van de merken Škoda, Audi, Seat en Volkswagen.
Willen we een nieuw model van duurzame mobiliteit betreden, dan is het noodzakelijk om geoptimaliseerde verbrandingsmotoren te ontwerpen en te produceren. Dit is de reden voor de ontwikkeling van volledig nieuwe generaties benzine- en dieselmotoren die geleidelijk deel zullen uitmaken van het wagenpark van de Volkswagen Groep.
Het EA211-motorengamma van de groep omvat in totaal vier cilinderinhoudsvarianten van 1,0 tot 1,6 liter, evenals drie- en viercilindermotoren. De viercilinder TSI-motoren met vier kleppen zetten nieuwe normen op het gebied van energie-efficiëntie, lichtgewicht constructie en vermogen. Minder interne wrijving, een lager gewicht en geoptimaliseerd thermisch beheer leiden tot aanzienlijk lagere brandstofverbruik en emissies. TSI staat voor "Turbocharged Stratified Injection", een vorm van directe injectie en compressie van het gas-luchtmengsel met behulp van een turbo.
De productiestart van de 1.2 en 1.4 TSI-versies van de nieuwe generatie EA211-motoren is de tweede assemblagestart in een Škoda-fabriek in slechts enkele weken. Sinds oktober produceert de Škoda-fabriek in Vrchlabí de DQ200-transmissie met dubbele koppeling voor de Volkswagen Groep. De huidige productiecapaciteit bedraagt 1.000 transmissies per dag. De fabriek zal naar verwachting medio 2013 tot 1.500 transmissies per dag produceren.
De productie-uitbreiding maakt deel uit van Škoda's investeringsprogramma in Tsjechië. Een ander onderdeel is de uitbreiding van de ontwikkelingscapaciteit. Het merk zal meer dan € 34 miljoen investeren in de bouw van 21 nieuwe teststations voor motoren en componenten in Tsjechië.
04 aug. 25